Stoppen met werken of een nieuwe baan?
Wat gebeurt er met je pensioen als je werk stopt? Eerder schreven we al eens over waardeoverdracht bij in- en uitdiensttreding, wanneer je bij een nieuwe werkgever aan de slag gaat. Maar wat gebeurt er met je pensioen als je stopt met werken, als je als zelfstandige aan het werk gaat of als je een WW-uitkering ontvangt?
Wat gebeurt er met het pensioen?
Vanaf het moment dat je uit dienst bent stopt de verdere opbouw van het pensioen. De werkgever stopt met betaling van de premie. Op dat moment is het pensioen premievrij. Er is dan een opgebouwde waarde in de pensioenverzekering. Die waarde blijft renderen op basis van de beleggingskeuzes die je gemaakt hebt. Op de pensioendatum komt het kapitaal beschikbaar en moet je het omzetten in een ouderdomspensioen. De voorziening voor de nabestaanden stopt na de laatste werkdag. Er is dus geen uitkering meer verzekerd bij overlijden.
Heb je recht op een WW-uitkering, dan blijft de dekking voor het nabestaandenpensioen van kracht net zo lang als je recht hebt op een WW-uitkering. De hoogte van het partnerpensioen wordt dan bepaald door het aantal jaren dat je bij de oude werkgever in dienst bent geweest. De kosten voor deze extra dekking zijn voor rekening van de pensioenuitvoerder.
Ga je als zelfstandige aan de slag of stop je met werken en heb je geen recht op een WW-uitkering dan is er dus geen dekking voor het partner- en wezenpensioen. Het is dan mogelijk om het kapitaal wat je hebt opgebouwd te gebruiken voor het verzekeren van een partnerpensioen.
Hoe werkt dat?
Om je partner- en wezenpensioen alsnog te verzekeren kun je het opgebouwde kapitaal gebruiken. Hiervoor wordt maandelijks een stukje premie aan de waarde van je pensioenverzekering onttrokken. Je ruilt dus een stukje ouderdomspensioen in voor het verzekeren van je partner- en wezenpensioen. Als je dit wilt, neem je contact op met je pensioenverzekeraar voor de voorwaarden.